Aad van Toor, die onsterfelijk werd als acrobaat Adriaan van het iconische kinderduo Bassie en Adriaan woont inmiddels al vele jaren in Spanje. Daar geniet de tachtiger, terecht, van de tijd die hem nog rest na een leven lang hard werken. Recent was hij nog eens in Nederland voor een aantal fandagen, want zelfs na al die jaren blijven Bassie en Adriaan populair. Story kon hem strikken voor een interview.
“Op zo’n meet & greet verschijnen telkens toch weer zo’n honderd mensen die met mij op de foto willen of om een handtekening vragen”, meent hij. “Dat doe ik graag. Bas en ik hebben dat ook altijd gedaan. Wij zijn er altijd voor onze fans geweest en dat blijft zo. Wat je geeft, krijg je terug”, daar is Aad van overtuigd.
De tip om altijd open te staan voor hun fans kregen Aad en Bas van de betreurde entertainer Rudi Carrell. Hij vertelde dat je voor het publiek altijd een artiest blijft, ook als de camera’s niet meer draaien. Als je daar niet tegen kan, moet je geen artiest willen zijn, was zijn devies. “Daarin had hij gelijk. Het is het beste advies dat Rudi Carrell ons ooit heeft gegeven”, beaamt Aad. Helaas moet hij de laatste jaren wel alleen afzakken naar die evenementen met fans. Sinds hij in 2017 werd getroffen door een beroerte die hem halfzijdig verlamde is zijn broer Bas grotendeels aan huis gekluisterd.